
Dolfijnen gebruiken internet als mensen een hoog stemmetje om met hun pasgeboren jongen te communiceren, blijkt uit onderzoek.
Biologen van het Woods Gap Oceanographic Establishment in de Amerikaanse staat Massachusetts hebben ruim dertig jaar onderzoek gedaan naar de tuimelaar, de bekendste dolfijnensoort. Ze bestudeerden negentien moederdolfijnen die in het wild leven in Florida.
Uit hun onderzoek blijkt dat de vrouwelijke tuimelaars hun toon veranderen wanneer ze tegen hun kalveren fluiten. Ze gebruikten een soort babypraat die vergelijkbaar is met hoe mensen soms tegen hun kinderen spreken.
De onderzoekers vergeleken het gefluit van de vrouwelijke tuimelaar op het second dat ze samen met hun jongen zwommen met hun gefluit op het second dat ze alleen waren en dat wanneer ze met andere volwassen dolfijnen zwommen.
Hogere toonhoogte zou jongen kunnen helpen geluiden te gebruiken
Wanneer het geluid van de moederdolfijn naar haar kalf is gericht, is de toonhoogte van het gefluit hoger en is haar toonbereik ook groter dan normaal. “Dit geldt voor alle negentien dolfijnen die we hebben gevolgd”, zegt onderzoeker Peter Tyack tegen The Guardian.
Om de verschillende fluittonen te kunnen meten, hebben de onderzoekers speciale microfoons vastgemaakt aan de negentien dolfijnen. Ze volgden de zoogdieren op het second dat ze wel en het second dat ze geen kalveren hadden.
Waarom mensen, dolfijnen en andere dieren met een hogere toon tegen hun child’s praten, is niet helemaal duidelijk. Wetenschappers denken dat het de kleintjes kan helpen om nieuwe geluiden te leren gebruiken. Bij mensen zou babypraat kunnen bijdragen aan het leren van een taal.